27 juni 2024

 

Ecuador, Quito, 27 juni 2024.

We zijn bij de Inca’s. Vorige week dinsdag zijn we de grens overgegaan, Colombia uit en Ecuador in. Zelden zo’n snelle en soepele grensovergang meegemaakt. Colombia uit: paspoorten gestempeld en tijdelijke import voor de camper afgemeld. Daarna de brug over Ecuador in: paspoorten gestempeld en bij een volgend loket de tijdelijke import gekregen. Ze geven ons een fototoestel om foto’s te maken van zijkanten en voor-achterkant van de camper en van het VIN-nummer. Camera weer afgegeven bij het loket, daar worden gelijk de foto’s geüpload naar onze tijdelijke import. We krijgen het document uitgereikt en klaar.

We blijven een paar dagen staan op de camping van de finca die ons geholpen heeft met het binnenkomen van Ecuador. Het is een Duitser en zoals altijd zie je dan altijd een volle camping met Duitsers en een enkele Zwitser, allemaal Duits-sprekers. Duitsers houden van overnachten bij Duitsers.

We rijden naar Otavalo en dat is echt Inca gebied. De meeste mensen in Ecuador zijn mestizo’s, net als in Colombia. Mestizo’s zijn mensen van inheems en Spaans gemengde afkomst. Maar Otavalo is een gebied waar voornamelijk inheemse mensen wonen: Inca’s. Mensen zijn klein en bijna alle mannen hebben een paardenstaart. De markt is zo kleurrijk.

Ecuador betekent ook vooral heel veel oude en nog actieven vulkanen. We rijden naar de basis van de vulkaan Cayambe. Het is voor ons niet duidelijk hoe de kwaliteit van de weg is. Op iOverlander worden nogal verschillende meningen gegeven. We denken niet helemaal tot de berghut te kunnen komen, maar besluiten gewoon te gaan rijden en om te keren als de weg te slecht wordt. Er worden per dag maar 340 mensen op de vulkaan toegelaten en moeten ons dus registreren onderaan de vulkaan. De weg blijkt inmiddels grotendeels bestraat. Aan het einde van de bestrating, we zitten dan al op ruim 4100 meter, moeten we parkeren, we zijn te groot om nog door te rijden volgens de soldaten die aan het einde van de bestrating staan. Prima, we mogen langs de weg parkeren en er rijden ‘taxi’s’ heen en weer naar het einde van de weg, naar de berghut. De taxi is een 4x4  pickup met huif, maar je mag alleen binnen zitten. Dat is maar goed ook, want de weg is zo slecht, meer een rivierbedding, zo hobbelig dat we af en toe met ons hoofd tegen het dak zitten, zou niet graag achterin zitten.

Boven bij de berghut, op 4800 meter, kan je nog verder naar boven lopen, naar een sneeuwveld met gletsjer. We lopen wel een stuk van die route, maar de weg wordt zo rotsig, klauterend over rotsen met de afgrond aan je voeten, dat we besluiten niet helemaal naar de gletsjer te lopen; niet alleen voor de heenweg, maar met name omdat je ook terug over die rotsen moet klauteren en de afgrond dan niet kan negeren. We lopen daarna wel een andere prachtige route. Het is natuurlijk wel koud op deze hoogte en het waait hard, maar we hebben ons hierop gekleed.

Het is prachtig weer, de bergen, de vulkaan, de sneeuw, het is een prachtige tocht.

De volgende dag doen we bij een Biosphera een vogeltour met een leuke jonge knul als gids, die enthousiast bij alle vogels die we zien uitleg geeft en via telescoop dichterbij laat zien. Hierna rijden we naar Quito, naar een camping van een Canadese jongen. Hier komen veel overlanders samen. Ook laten mensen hier hun camper een tijdje achter als ze naar de Galapagos eilanden gaan.

Er is een jonge Nederlandse man die met een Unimog rondreist en al een paar maanden op deze camping staat om de technische staat van zijn Unimog te verbeteren. Ook een Belgisch jong stel die een jaar door Zuid-Amerika reizen. Het bevalt ze zo goed dat ze ‘digital nomads’ willen worden.

Wij willen hier ook een paar extra dagen blijven. Om weer klusjes te doen, verdere route uit te werken, en om nog een keer naar Quito te gaan.

Wordt vervolgd.

Ipiales, Colombia


Begraafplaats met cypressen in allerlei vormen gesnoeid

Zicht op Otavalo, vanaf de camping

Markt in Otavalo







Cayambe vulkaan









Een Tayra, een marterachtige, maar wel veel groter








Op ruim 4100 meter, op de evenaar


16 juni 2024


Colombia, Popayan, 15 juni 2024

M’n enkel gaat gelukkig veel beter, zou inderdaad de 4-daagse weer kunnen lopen, is ook niet zo dik meer, bijna helemaal goed. Gelukkig goed afgelopen.

Maar met de Starlink gaat het minder. Het is niet zo eenvoudig om je account van het ene continent op het andere continent te zetten. John probeert het zelf, komt er niet uit en vraagt hulp aan de helpdesk. Die reageren erg snel, dus prima. Maar helaas krijgt John een verkeerd advies en doet iets wat hij pas na een volgende stap had moeten doen. Hierdoor blokkeert de helpdesk onze Starklinkset. We helpdesk blijft wel ondersteunend, maar zegt uiteindelijk dat ze met een paar collega’s er naar gekeken hebben en dat de fout die is gemaakt niet te herstellen is. Pas volgende maand, als de nieuwe termijn zou ingaan, kunnen we opnieuw een verandering van continent aanvragen. Je kan je toch niet voorstellen dat dit tegenwoordig nog zo moeilijk is. Een helpdesk moet dat toch op kunnen lossen, zij hebben onze Starlinkset geblokkeerd en zouden dat niet kunnen deblokkeren? Heel raar. Zou Elon Musk niet accepteren denk ik.

Colombia, wat een vriendelijke mensen. We hebben (bijna) nooit te klagen gehad over onvriendelijkheid, maar Colombianen zijn echt heel vriendelijk. Het land heeft natuurlijk een slechte naam gehad, maar is in de afgelopen decennia gelukkig veel veiliger geworden.

Het verkeer is wel een aandachtspuntje. Veel, misschien wel de meeste mensen, reizen op motortjes. Soms met de hele familie, man vrouw en 2 kinderen op een motor. Al die motortjes maakt het verkeer heel onrustig. Het schiet overal met een noodvaart tussendoor. Vooral in de steden is dat verschrikkelijk. Wij vermijden grote steden sowieso, maar middelgrote steden kan je vaak niet omheen. Je moet er vaak dwars doorheen, en altijd weer rijden we door straatjes waar we eigenlijk niet willen rijden. Te smal, te vol met mensen, hoge stoepranden. We zijn zo blij dat we geen grote truck hebben, zoals veel overlanders wel hebben. Alle smalle weggetjes die wij rijden zijn met zo’n grote truck nauwelijks te doen, zeker niet als je op een klein, modderig, onverhard weggetje nog een tegenligger krijgt. Ons formaat is precies goed, zou niet groter willen hebben.

Overnachtingen, in toeristische gebieden zijn er wel voldoende campings, al is camping een groot woord. Vaak is het iemands tuin, of gewoon een stuk weiland. Voor ons goed genoeg, we hebben geen faciliteiten nodig. Maar in niet toeristische gebieden is het lastiger. We kijken vaak op iOverlander naar hotels waar je ook mag staan met een camper. Maar soms blijkt dat hotel niet meer te bestaan en moet je toch op zoek naar wat anders.

We zijn door het koffiegebied van Colombia gekomen, hebben weer een koffietour gedaan op een koffiefinca waar we met de camper 2 nachten hebben gestaan. In Guatemala hebben we eerder al een koffietour gedaan, maar dit keer was het toch weer anders.

Colombianen zijn zelf geen grote koffiedrinkers en ze houden dan voornamelijk van vrij licht gebrande zachte koffie. We hebben zelf ook wel eens een pak (honing)koffie gekocht (zonder dat we dat wisten) en we konden maar niet een echte koffiesmaak ervan krijgen. Nu snappen we wel waarom.

We hebben een prachtige tocht gemaakt door een hoger deel van de Andes en op ruim 4000 mtr overnacht. Koud, maar zo prachtig uitzicht over de bergen en vulkanen en daarna omlaag naar de Tatacoawoestijn, heet en droog (zoals meestal met woestijnen). De foto’s zijn mooi, maar het is maar een klein gebied. We willen nog verder zuidelijk rijden en dan westelijker naar de grens met Ecuador. Maar in de Tatacoawoestijn hebben we weer eens een lekke velg. We moesten met een kleine ferry naar de overkant van de Rio Magdalena en maakten nogal een klap op de oprijplaat. Wellicht is dat de oorzaak. Maar we worden heel moe van de lekke velgen iedere keer. Dit is nu de 5e keer, maar wel al 2 keer aan 2 dezelfde wielen. We moeten andere velgen zien te krijgen. Ook durven we de zuidelijke route niet te nemen, want dat is veel onverhard. We zijn bang om weer lek te rijden en we hebben nu geen reservewiel meer (tenminste een niet-lek reservewiel). We besluiten over asfalt een hele grote boog naar Cali te maken. Daar komen we eerst bij de Mercedes dealer die ook Sprinters verkoopt. Je ziet trouwens heel veel Sprinters rijden, als vrachtbusjes, maar ook als personenvervoer. Deze Sprinters hebben precies dezelfde velgen als wij hebben. Je zou denken dat je dan toch wel velgen in dit land moet kunnen kopen. Maar het blijkt nergens te lukken. Het zou 2-3 maanden duren om ze te importeren. We gaan ook naar een zaak die heel veel velgen heeft. Hij doet heel erg z’n best, contacteert whatsapp groepen voor Sprinters, maar het lukt niet om ergens velgen te bestellen/kopen. Wat doen lokale mensen als er schade aan een Sprinter ontstaat en ze hebben een nieuwe velg nodig? Daarop kan hij geen antwoord geven. Hij last de lekke velg en we moeten helaas weer door zonder nieuwe velgen. Importeren uit Europa? Het probleem is dat er geen peil op te trekken is hoelang de douane je grote pakket tegenhoudt en je dus wellicht een maand op een plek moet wachten voor je het krijgt. Maar we kennen ook de verhalen van mensen die 3 maanden op hun pakket uit  Europa moesten wachten.

We doen het ermee, weer gelast, we zien wel. Het voordeel is altijd wel dat de band vrij langzaam leegloopt en je uiteindelijk met regelmatig oppompen met een lekke velg meestal nog wel even door kunt.

Nog even de leuke kant. De diesel kost hier 8,500 pesos per gallon, dat komt uit op ongeveer € 0,55-0,63 per liter. Maar de kilometers gaan hier niet zo hard, wel de rij-uren, want wegen zijn heel bochtig in de bergen. Schiet niet heel hard op.

Colombia lijkt een vrij dichtbevolkt land te zijn. Dat is niet zo in werkelijkheid, maar er zijn niet veel doorgaande wegen in Colombia en de meeste dorpen, stadjes en grote steden liggen natuurlijk langs die wegen. Daarom is het altijd druk op en langs de weg.

Dinsdag gaan we Ecuador in. Ecuador heeft nog altijd niet de grenzen opgegooid na de gevangenisopstand van vorig jaar.  Via de lucht is het geen probleem, dat kunnen ze goed controleren en kunnen toeristen zonder visum landen en het land in. Maar over de weg mag dat nog niet. Je moet een officiële verklaring hebben over je criminele verleden. Wie krijgt dat voor elkaar? Maar er is een omweg. Er is een Duitser met een camping in het noorden van Ecuador, die heeft blijkbaar een vertrouwensrelatie met de overheid. Als je deze man benadert, dan kan hij je op een lijst zetten. Die lijst stuurt hij elke donderdag voor de week erna naar de overheid. Op zijn verklaring mag je dus over de weg Ecuador in. Het probleem hierbij is dat dit natuurlijk geen professionele organisatie is, dit zijn mensen die dit voor je doen en hopen dat je paar nachten op hun camping doorbrengt.

Maar de administratie die ze hierbij voeren is niet heel duidelijk. De webmail blijkt niet te werken, je moet een Exceldocument maken. Ze geven niet echt op welke info ze nodig hebben en stellen daarna vragen die je al een paar keer eerder hebt beantwoord. Laten we hopen dat het aan de grens allemaal blijkt te kloppen. We gaan het dinsdag zien. Nog even een kaartje, want we snappen dat niet iedereen de logische Panamericana route voor zich ziet. Wij zullen de Panamericana in grote lijnen volgen:

Colombia, Ecuador, Peru, Bolivia, Chili, Argentinië


Mooi overnachtingsplek op circa 4000 meter in de Andes








Bergweg in de Andes

Boeren brengen hun melkbussen per muildier naar een verzamelpunt


Indiase Clock Vine

Takken vol met koffiebessen, naar verwachting in augustus rood en rijp


Wilde koffieplant

Traditioneel huis bij de koffiefinca

Wax palms

Daar helemaal onderaan de wax palm staat Moniek

Andescondor heeft een nest gemaakt, halverwege een wax palm



De (velgkiller)ferry over de Rio Magdalena naar de Tatacoawoestijn


Tatacoawoestijn


Oeps, vergeten selfie te maken, dus even snel voor we het blog uploaden